4
De wachten moesten ’s middags om 11.30 uur optrekken.
Al de posten, door de politiewachten uitgezet, dienden fronten te maken parallel met het kampfront (front de bandière).
De wacht van het hoofdkwartier bestond uit 1 sergeant, 1 korporaal, 1 tamboer en 12 flankeurs, die beurtelings door de beide brigades dienden geleverd te worden.
De 1ste brigade moest dagelijks 1 sergeant, 1 korporaal en 9 man leveren als wacht bij de ‘ambulance’.
De 6de afdeling diende 1 schildwacht te leveren voor de rooms-katholieke kapel op de rechtervleugel van het kamp.
De 2de brigade moest dagelijks 1 sergeant, 1 korporaal en 9 man leveren als wacht bij het kamp en de magazijnen. Zij dienden tevens te zorgen voor 2 man als schildwacht bij de tent van de prins.
Het kamperende eskadron moest alle 2u een patrouille rond het kamp zenden. Deze patrouilles moesten alle onderofficieren en manschappen arresteren die zich buiten de aangewezen kring bevonden zonder behoorlijke toelating.